Dames, het is een kwestie van lef, inderdaad!

0    98 0

Ik stam uit een sterke damesfamilie, met name van moeders’ zijde. En ik kan je dan ook niet goed vertellen, al waag ik een poging, hoe trots ik daarop ben.

Mijn moeder was al jong vaak ziek, wegens astma, en assisteerde haar vader in zijn fietsenwinkel. In bed bracht ze de spaken in fietsbanden aan. Als opa (weer eens) de hort op was, deed zij gauw-gauw de fietsreparaties zodat de klanten goed geholpen zouden worden.

Ze trouwde met mijn vader in 1962 en terwijl mijn vader buitenshuis elektriciën was, startte zij zelfstandig de winkel op met lampen, TL-buizen en klein huishoudelijke artikelen. In 1965 werd mijn broer geboren. In 1967, ik dus. Tijdens het voeden gebeurde het nogal eens dat er een klant de winkel betrad en zij ons weer even terug in de wieg moest leggen om de klant te bedienen. Ooit viel ze van de trap toen ze nogal gehaast naar beneden moest van een van ons voeden. De klant vroeg nog: “Goh, viel u?”
Haar antwoord daarop was pinnig: “Nee, zo kom ik altijd beneden!”

In 1972 kon mijn vader afscheid nemen van zijn werk buitenshuis en ook in de winkel voortborduren op het vele werk wat mijn moeder reeds had opgebouwd. En werd de zaak ruimer verbouwd en opgezet.

Mijn moeder deed ook de étalages zo’n 6 keer per jaar met twee kids ernaast, en alles wat zij mooi en sierlijk drapeerde, kon ze ras overdoen omdat wij, speels als wij waren, alles weer afbouwden. Rennend van voor naar achteren, ondertussen 2 kinderen opvoedend. Ze bleef er mooi slank bij, die vroege jaren.

Het was dus een elektrotechnisch bedrijf. En ik kan je niet vertellen hoe vaak mijn moeder een klant vroeg of ze hem kon helpen, waarop de klant dan aangaf liever te worden geholpen door haar ‘opa’ (mijn vader die wat ouwelijker oogde dan noodzakelijk was). Totdat er uiteindelijk genoeg klanten de winkel binnen waren gekomen die wat meer vertrouwen in mijn moeders’ kunnen hadden en zeiden tegen de overige klanten: “Zij helpt u net zo goed als haar man!”

Geloof mij, als ik zeg, dat je je tamelijk ‘beledigd kunt voelen’ (zelfs ontdaan als men je het vertrouwen niet schenkt) als je alle kennis in huis hebt van elektrotechniek. Mijn moeder heeft ‘s avonds doorgeleerd, totdat ze alle expertise in huis had. En net zo goed kunt uitleggen hoe een meterkast is/dient te worden geïnstalleerd. Of overig schakelmateriaal kan worden ingezet. Wat het precieze verschil is tussen een prop in een stofzuigerslang of een ‘vergeten’ stofzuigerzak die vervolgens gaat stinken omdat de motor het begaf.

Terug naar onze opvoeding: mijn broer en ik moesten allebei dezelfde taken uitvoeren in het huishouden. We hadden dan ook taken, ook in de zaak, na schooltijd. Het is puur vanwege mijn totale desinteresse in de elektrotechniek dat ik uiteindelijk de zaak ook niet wilde overnemen, zoals mijn broer later wel deed. Ik denk stiekem dat ik aarzelde voor een technisch beroep destijds omdat ik zag hoe mijn moeder werd behandeld. Maar goed, toen was er nog geen Internet, geen webdesign en geen grafische vormgeving zoals dit nu allemaal kan via de computer.

Zelfs terwijl mijn moeder me altijd heeft gestimuleerd, en geleerd dat ik niet onderdeed voor dezelfde kwaliteiten als mijn broer, was mijn dromerigheid er uiteindelijk de schuld van dat ik er niet verder op doorging. Maar zeker weten heb ik mede door mijn moeders’ grandioze en tomeloze inzet in de zaak daarom ook de mentaliteit geërfd van het zakendoen. Meer van haar dan van mijn vader, vermoed ik zomaar.

Als ik zelf kids had gehad, had ik ze op dezelfde manier opgevoed als mijn moeder. Wat dat betreft schuilt er binnen mij een ware feministe.

Ik lees nu het boek: “Een kwestie van lef” van Joyce Roodnat. Het boek staat bol van waarheden die niet louter voorbestemd zijn voor vrouwen tussen de 40 en 60+. Die waarheden zitten allemaal diep in mij verzonken. Ik kon het dromen, maar nog net niet benoemen. Nu staat het in dat boek. En ik vind het meer een stijlgids voor alle dames van alle leeftijden, want wat dat betreft moeten wij als vrouw nog te hard knokken tegen vooroordelen, maar ook leren om heerlijk te provoceren.

Een brief aan mijn jongere zelf

0    275 2

Hi meis,

Soms heb ik de neiging je brieven te schrijven. Achteraf. Altijd achteraf. Van hoe het niet moest. Of liever, hoe het ook kon. Niet dat je daar nu wat aan hebt. Het is gewoon voor mij een soortement van me af schrijven.

Weet je nog hoe je – onverwijld – niettegenstaande het feit dat je vrij genderneutraal ben opgevoed door je liberale mams en dito vader, toch altijd weer verliefd werd? Op de eerstbeste aardige jongeman of vent die je tegenkwam. Toch ook misschien omdat dat verrekte ‘huisje boompje beestje’-concept er al vroeg ingegoten werd, hetzij vanuit school, hetzij elders, maar dan toch!

Weet je ook nog hoe trots je op jezelf leek te zijn dat je zo vroegrijp was? Op je elfde al voor de eerste keer die verrekte menstruatie krijgen, en die borstjes en schaamstreken leken zich ook pront te manifesteren. Al wilde je dan niet meer met de jongens douchen na de gymlessen. Het leek soortement van schaamte te zijn ten aanzien van de rest van de groep die nog niet zo ver waren, immers.

En al waren die menstruatiecyclussen niet bepaald plezant te noemen, je je tijd ver vooruit was met premenstruaal syndroom, en de ‘pil’ je ook niet kon redden van die verrekte kwalen. Je wist altijd zo te denken dat je er maar wat blij mee was dat je van het vrouwelijk geslacht was. Ondanks alles.

Kun je je herinneren dat je blij was met jezelf en je reactie omdat je spontaan wilde ontsnappen aan dit geneuzel toen een van je eerste serieuze vriendjes zo leuk opmerkte dat het zo fijn was dat je gelijk de weg wist in zijn keuken? Dat je toen al wist dat het niet het antwoord leek op jouw persoonlijke geluk en zaligheid?

Weet je, dat je enigszins verbaasd was dat je niet leek te talen naar een relatie, noch kinderen? Zelfs niet stiekem toen je broer er aan begon? Al werd je wel weer met je neus op de feiten gedrukt op je 35ste. Je was maar wat trots dat je dat beeld en die plichten zo makkelijk van je af kon laten glijden. Zelfs toen je op je 41ste reeds in de menopauze belande. En dat het een opluchting voor je bleek te zijn omdat de masculiene hormonen je steeds standvastiger en sterker in je schoenen deden voelen.

Na al die jaren kun je nu terugkijken op je sterkere zelf. En je mag best trots zijn dat je bent geworden wie je nu bent, ondanks en dankzij dat je toch in dat typische ‘vrouwtje’ hebt ontwikkeld.

XOXO,