Waar zou die blonde Adonis zijn gebleven?

Pix gaat Nederlands

66 5

Tussen het vakkenvullen en kuisen door van mijn snoepwinkeltje destijds, zag ik voor mijn étalage een gigantische motor afremmen. De man parkeerde het ding voor mijn winkel op de wat krappe stoep, stapte binnen en deed zijn helm af en bestelde een half pond drop.

Mijn ogen waren toen nog iets beter en vandaar dat ze aangenaam verrast waren door zijn prettige uitstraling. We maakten wat grapjes heen en weer, over snoepjes natuurlijk en hoe leuk het wel niet was om een snoepwinkel te runnen. En mijn spontaniteit noopte hem zelfs een kop warme koffie aan te bieden, daar achterin het kleine keukentje achter de winkel. Zijn naam was Marc.

We klikten buitengewoon goed. Hij studeerde nog. In het Haarlemse en vraag me niet wat die studie behelsde. Maar top of the bill, was die reusachtige motorfiets daarbuiten natuurlijk, en ik vertelde hem dat ik vaak ritjes maakte met mijn broer die ook een motor had. Dat laatste was een pertinente leugen, want mijn broer nam liefst iedereen op sleeptouw, behalve zijn idolate zuslief.

Zo kwam het dat ik binnen een dag reeds achterop Adonis’ motorfiets mocht klauteren. En we een zalige rit maakten naar Zandvoort en IJmuiden. Gevolgd door warme chocolademelk met slagroom. We werden alras vriendjes. Al geloof ik dat we daar allebei wat verlegen onder waren. Ja, we klikten goed. Maar ‘verkering’, daar waagden we ons allebei toch maar niet aan. Nog niet. Hij was meer het type dat je grondig wilde leren kennen, leek wel.

Het zal ongetwijfeld ook niet geholpen hebben, dat ik nog een ‘andere’ vriend had, die vaak langskwam. ‘Toevallig’ ook altijd als Marc net binnenstapte. De situatie werd daardoor wel eens ongemakkelijk, want wat ik ook deed, die ‘andere’ vriend snapte mijn hints om spontaan te verdwijnen maar niet.

Net op het moment dat ik Marc wilde voorstellen samen iets meer te ondernemen, bijvoorbeeld in de vorm van danslessen nemen, nam hij de kuierlatten tijdens weer zo’n ongemakkelijk moment met die ‘andere’ vriend. Hij keerde nooit meer terug. Tot mijn grote spijt. Maar destijds dacht ik al, ‘graag of niet’, waardoor ik hem nooit meer gebeld heb. Of anderszins contact heb gezocht.

Vaak vraag ik me nog af wat er van hem geworden is, waar hij is, of hij het ook goed heeft. Vaak denk ik, dat ik zelf heel stom ben geweest deze blonde God/Adonis niet wat vaster gepakt te hebben. Zelfs in mijn stoutste dromen hadden we nu nog een gezellig setje geweest kunnen zijn. Had ik maar…

Je mot schrijven, kreng!

Pix gaat Nederlands

35 0

De laatste tijd komt het er maar niet van, dat schrijven. Of liever, het komt niet uit mijn vingers. Zelfs mijn vingers zijn de vreugde vergeten van het schrijven.

Terwijl het mooie van schrijven juist is, dat ik van tevoren eigenlijk niet wist wat ik ging schrijven. En als ik dan eenmaal losga, dat is: als ik mijn vingers laat losgaan ik een verhaal neer heb gezet, wat mezelf dan nog het meest verbaast na die laatste punt. Achteraf.

Ik zou het bijzonder jammer vinden als ik zelfs de oefening dat niet meer waard vind. Want juist mijn oefeningen leren me zo veel over mezelf. Ik durf zelfs te stellen, dat mijn vingers meer wijsheid in pacht hebben dan mijn brein.

Mijn vingers durven ook beduidend meer dan mijn brein durft te zeggen.

Lijkt me ook over het algemeen maar beter, want ik zou echt niet veel vrienden overhouden als mijn vingers zich continu uitspraken.

Nu ben ik niet zo van de goede voornemens. Ook dit jaar niet. Maar vandaag bedacht ik me, dat het voor mezelf zo nuttig zou zijn om later als ik groot ben deze blogs weer terug te lezen. Omdat mijn geheugen me nu al – te vaak – in de steek laat.

Zo weet ik over een half jaar al niet meer te vertellen, dat ik sinds vorige week te kampen had met iets nietszeggends als een blaasontsteking. En dat ik dan ook niet meer weet te melden wat ik deed met Oudejaarsavond bijvoorbeeld. Of hoe het weer was, gedurende deze periode. Hoe ik bepaalde technische zaken ooit op een bepaalde manier heb weten op te lossen. Ik vergeet dat.

En soms, lees: meestal, helpt mijn blog me dan weer op het rechte pad. Omdat ik het dus wel had opgeschreven op mijn blog, omdat ik dat op dat moment zo’n miraculeus moment suprême vond.

Hoe dan ook. Schrijven houdt me mentaal scherp en gezond. Het is bovendien een leuke en luchtige bezigheid. En mijn vingers komen weer eens uit de (ver)krampstand.

Kokerellen tot je een ons weegt

Pix gaat Nederlands

6 1

Maar hoe doe je dat? Echt, deze herfstmaanden lijkt het wel of het kookvirus voorgoed is ingeslagen als een bom bij mij. Iedere vrije minuut die ik over heb, spendeer ik aan het verzinnen van het ultieme Kerstmenu, met minstens drie voorgerechten, een spoom en koffie met likeurtje en sigaren met bonbons toe. En in de wetenschap dat we dat allemaal helemaal niet meer kunnen handelen, wegens te veel, is dat natuurlijk totaal overbodig.

Ik weet wel, dat mijn gewicht hier nu al danig van te lijden heeft. Want ik ga natuurlijk eerst al die voorgerechten, spooms en koffielikeurtjes uitproberen. Ja ik ben ook niet gek. Je moet wel weten wat je je gasten presenteert, natuurlijk.

Het is dan ook een heerlijke bezigheid. Gewoon aan de slag gaan met zo’n pakket verse groenten die nog niet voorgesneden zijn. Alleen al van het prepareren en snijden word ik helemaal ZEN.

En raak ik ook in conflict met mezelf, want wat is nu lekkerder: gevulde tomaatjes of gevulde rode paprika’s? En hoeveel lekkers kun je daar allemaal niet in verwerken? De mogelijkheden zijn zo divers, dat ik er bijna maar nog niet helemaal, nachten van wakker lig.

Van de week heb ik bovenstaande schaal uitgeprobeerd op twee uitstekend smakende varkenshaasjes, maar ja, dat mag natuurlijk ook een groot stuk fricandeau zijn. Of zelfs rosbief. Gaan we weer!

Het lekkerst vind ik dus de inkepingen die ik maak in het vlees, en die vul ik met kleine stukjes handgesneden knoflookpartjes. Zelfs nu ik het hier zo neerpen, loopt het water me in de mond. Voor de rest snij ik ook wat paprika, tomaten, winterpeen, en kruiden: zoals verse peterselie en tijm. En dat mieter ik allemaal in een ovenvaste schaal waartussen die overheerlijke varkenshaasjes prijken.

Nu ben ik natuurlijk razend benieuwd naar jouw ultieme Kerstgerecht. So shoot it in de reacties, hieronder.

Pix schrijft weer in haar moerstaal

Pix gaat Nederlands

6 4

Soms erger ik me zelf ook aan mijn vele Engelse taalgebruik. Daarentegen zijn er natuurlijk vaak uitdrukkingen in het Engels die zich niet zo mooi laten vertalen in je eigen taal. Toch, ik merk op, dat ik er wat van vind de laatste tijd.

Ik ergerde me dan ook aan mijn eigen vondsten op het gebied van domeinnamen. Echt, ik heb er een handje van hele avonden te brainstormen over de ‘perfecte’ domeinnaam. En vaker wel dan niet, tracht ik die Engels te houden. Ik weet niet goed, of ik dit zich nu ontwikkeld heeft in een persoonlijke afwijking, maar sinds het ontstaan van het Internet doe ik dat wel onthutsend (mooi woord, ook) vaak.

Zo heb ik al heel wat domeinnamen voor mijn weblogs gehad: “SereneIrene”, “AngelicAvenues” maar ook “MightyMusings”, en ga zo maar lekker door. Ik word er soms zelf ook wel eens moe van, die fascinatie voor met name domeinnamen. Ik denk dat ik bijna rijp ben voor een goeroe op dit gebied. Bestaan die al?

Enniehoo… oh nee… Hoe dan ook, wil ik me wat meer gaan trainen, neehee, focussen op het juiste gebruik van onze moerstaal. Daarom ook dat ik zo plotseling overstapte op deze domeinnaam, “machtige muizenissen”. Ik hoop natuurlijk dat mijn trouwe lezers de overstap mee gaan maken, en me zullen blijven lezen. Voor nu en in de toekomst. Mijn onuitsprekelijke en oneindige dank mag hieruit wel duidelijk spreken.